De meldkamer: niet in het veld, maar wel dichtbij

In juli 2021 zijn hulpverleningsdiensten van verschillende veiligheidsregio’s in actie gekomen om de collega's in Zuid-Limburg te helpen. Na dagen van heftige regenval in Frankrijk en België trad rivier de Maas buiten zijn oevers. Rivier de Geul kon het water ook niet verstouwen. Rivieren en beken stroomden over met grote gevolgen voor mens en dier.

Collega's Jasper en Alex van de Meldkamer

Jasper Joosten (l) en Alex Berendsen (r) in de meldkamer.

We gaan terug naar 15 juli 2021. Rond een uur of zeven ’s avonds komt bij de meldkamer het verzoek binnen om de brandweerploegen van Scherpenzeel, Wageningen, Nijkerk en Barneveld op te roepen voor bijstand in Limburg. Zij dienen om 20.00 uur op de uitgangsstelling te zijn: de plek waar alle hulpdiensten bij elkaar komen voordat zij een rampgebied in gaan. 

Alex Berendsen: “We hebben in de avond altijd met drie personen dienst. Die avond zat ik daar met Jasper Joosten en Ilse Meeuwsen. Jasper kreeg van Jan-Piet Zijp de opdracht om de ploegen naar de uitgangsstelling te sturen. Maastricht had dringend behoefte aan bijstand vanwege hoogwater.” 

Jasper Joosten: “Door het hoge water moesten we tankautospuiten hebben met vierwielaandrijving (TST). Zodat ze ook door het hoge water en modder kunnen rijden. Niet alle posten hebben dit type voertuig. Daarom moesten we specifiek de ploegen van Scherpenzeel, Wageningen, Nijkerk en Barneveld vragen om te komen.”

Puzzelen onder druk

Alex: “In de drukte van het moment ontstond af en toe wel wat verwarring. Er was van tevoren niet veel met ons overlegd door de grote tijdsdruk. De dag erna hebben we weer geholpen. Toen ging het om het regelen van mensen om de ploegen in het veld af te lossen. De tankautospuiten bleven in Limburg en de aflosploegen gingen met busjes naar het zuiden. Dat was ook nog een hele puzzel, want we moesten er wel voor zorgen dat er voldoende mensen en brandweerauto's hier achterbleven. Dus: wie gaat samen met wie, hoe laat en waar aflossen. Dat moet je dan ook bijhouden.” 

Alex: “Als de voertuigen eenmaal bij de uitgangsstelling zijn, neemt de Officier van Dienst (OvD) het over. Dan ben je ze ‘kwijt’. Maar je kunt de voertuigen dan nog volgen door mee te lezen. Dat hebben we dan ook gedaan, want je wilt wel graag weten of het goed gaat.” 

Een bijzondere ervaring

Jasper: “Het was een spectaculaire inzet. We zaten echt op het puntje van onze stoel. Zoiets maak je niet vaak mee. Je bent toch begaan met de mensen die daar wonen en de collega’s die daar hulpverlenen.”

Alex: “Het is ook leuk dat je na afloop nog van de ploegen hoort hoe het gegaan is. Er waren die avond natuurlijk nog meer meldingen. Tijdens zo’n groot incident moet je veel regelen: je moet alle mensen alarmeren, aansturen en monitoren. Gaat iedereen de goede kant op? Jasper heeft het grootste deel voor zijn rekening genomen. Wij hebben de andere meldingen afgehandeld en gezorgd voor ondersteuning. Erg leuk om mee te maken.”